Julius woont in een weeshuis en is een beetje een buitenbeentje. Zoals elk jaar kijkt hij erg uit naar Kerstmis, want dan komt de Kerstman op bezoek. Acht jaar geleden heeft de Kerstman Julius, die toen net geboren was, naar het weeshuis gebracht. Tenminste, dat is Julius verteld.... Maar wanneer de oudere jongens beweren dat de Kerstman eigenlijk de directeur van het weeshuis is die zich heeft verkleed, wordt zijn geloof in de Kerstman en in zichzelf op de proef gesteld. Tot er iets vreemd gebeurt: via een magische doos komt Julius in Winterland terecht. Daar moet hij de Kerstman zien te redden uit de handen van Krampus, die een hekel heeft aan de Kerst en niets van kinderen moet weten.